Horticulti Toer
Gina Kranendonk

Op jacht naar groen, geur en smaak op en rond het Lange Voorhout. Plantspeurtocht met mensen die niet bang zijn om op de straat te kruipen!
'Planthunters' zijn zo oud als de mensheid! Mensen zijn altijd op jacht naar planten, om te eten, als medicijn of gewoon voor het mooi! Nog steeds bestaan er mensen die op jacht zijn naar 'nieuwe' planten. In China worden nog steeds nieuwe planten ontdekt!
Planten groeien overal, zo ook in de Haagse binnenstad, langs stoepranden, onder putdeksels, aan de voet van een boom of gewoon tussen het gras! Horticultureel onderzoeker & fotograaf Gina Kranendonk neemt je mee op een zoektocht om planten te verzamelen, te fotograferen en/of te beschrijven! Welke planten groeien er eigelijk in de Haagse binnenstad? Kun je ze eten? Ruiken ze? Zijn ze bijzonder? Hoeveel soorten kun je vinden? Een bewustwoordingsproces om je er van bewust te maken wat er groeit en hoe het groeit in onze steden!





Data:
Zaterdag 23 juni
Vrijdag 6 juli
Vrijdag 20 juli

Lokatie:
Lange Voorhout en omstreken

 

"Microleven tussen tegel en gevel"
Door Evelien Baks


Omlaag met die neus. Ruik het leven van de stad. Het groen op de grond. Tussen de stoeptegels, tegen de gevels, tussen de wortels van de bomen. Daar, ruim anderhalve meter onder ons, bevindt zich een stad op zich. Een groene microwereld, waarin het bruist van het leven.
Vergeet de krioelende toren, spinnetjes en andere insecten van het kruipende soort. Knijp de neus even dicht tegen de doordringende pislucht en ga op de knieën voor de Kloosterkerk. Want daar, in dat kleine spleetje tussen gevel en tegel, doet een klavertje vier enorm zijn best. Een wilde verbena naast een jolige paardebloem. Vrolijkheid en frisheid op de vierkante centimeter. Mede dankzij de grote groep wildplassers, die geheel onwetend en al spuitend het willige groen van zijn broodnodige meststoffen voorziet.
De stad Den Haag is zoals elke stad een groene oase. Als je het maar wilt zien. Een wilde tuin onder een bos van lindebomen dat Karel V lang geleden al liet aanplanten op het Lange Voorhout. Anno 2007 is het een voorname laan met mensdikke stammen en immense kronen van frisgroene bladeren. Nooit had diezelfde Karel kunnen bevroeden dat eeuwen later een gezelschap onder zijn bomen het asfalt zou kussen, op zoek naar een bosje rucola. Jawel, die heerlijke Italiaanse delicatesse met zijn nootachtige smaak groeit op het gazon voor kunstencentrum Pulchri even uitbundig als in moederland Italië. Evenals die dikkige, vette zwammen die zich als een luis in de pels voelen van de eeuwenoude lindebomen. Eetbaar? Jazeker.





Horticultureel onderzoeker Gina Kranendonk neemt de plantenliefhebber mee op groenexcursie door het Haagse centrum. Kijk naar de boomtoppen op het Lange Voorhout, aanschouw de brandnetel, ruik het verse groen, maar vergeet alstublieft dat bosje gecultiveerde coniferen en dode heestertjes in die vormeloze betonnen plantenbak onder de linden. Nee, het leven groeit daar waar het zelf wil. Tussen auto's en asfalt. Waar de wortels van het bos stuklopen op een net van ondergrondse kabels en riolen, vindt het zijn weg wel aan de oppervlakte.
Kweken mag wel, maar dan met beleid, houdt Kranendonk haar gehoor voor. Werp achter het Lange Voorhout aan de Kneuterdijk een blik in het statige Alpina, de oudste en mischien wel mooiste bloemenwinkel van Den Haag. Hofleverancier van koningin Beatrix. Geen kroning, begrafenis of staatsbanket zonder bloemenweelde van Alpina. Hier pronken de dahlia's en hortensia's alsof ze nooit uit de mode zijn geweest. Zie alleen al de nuances van de rozen. En bewonder het legioen sieruien. Helemaal in bij de kwekers op dit moment. Wie zich verdiept in de horti-cultuur weet volgens Kranendonk maatschappelijk gezien meteen hoe laat het is. Welke bloemen en planten zijn gewild? Is het een tijd vol kleur? Het groen wijst de weg.
Dan volgt het ziekenbezoek. Ach en wee. Zwarte brandblaren, zieke zielen. Het gros van de majestueuze kastanjebomen tegenover het Binnenhof is geveld door een bloederziekte. Geen kruid tegen gewassen. Het merendeel wacht het zwaard van de beul. De eerste zijn al gesneuveld en vervangen door nieuwe exemplaren. Het zal even duren voor het eerste frisse groen er tussen zijn wortels doorkruipt.
Maar wat er nog is, moeten we daarom met veel liefde koesteren. De weinige openbare ruimte die ons nog rest in dit volgebouwde landje, is vele malen groener dan we denken. In het voorjaar is de stad een zee van krokussen. We hebben eetbare groenten, bolgewassen en andere delicatessen. Ook in het centrum van de stad. En het ligt zomaar voor het oprapen. Het voedsel ligt letterlijk op straat. Maar dan moet je wel door de knieën. Volg Gina Kranendonk. Het is de kunst om de vaderlandse horti-cultuur tot volwassen kunst te verheffen.